onderhoudsbijdrage

De begroting van de onderhoudsbijdrage bij ondernemersgezinnen

Een scheiding of het einde van een wettelijke dan wel feitelijke samenwoning heeft veel gevolgen. Een van die gevolgen zijn de financiële regelingen ten behoeve van de kinderen zoals het begroten van de onderhoudsbijdrage, dewelke dient als bijdrage in de gewone uitgaven ten behoeve van een kind.

Een wettelijke verplichting

Immers is het een wettelijke verplichting om bij te dragen in het onderhoud van de kinderen, ook na het einde van een huwelijk of wettelijke dan wel feitelijke samenwoning. Het is een verplichting die elk van de ouders heeft op basis van artikel 203, §1 van het oud Burgerlijk Wetboek.

Op basis van dit artikel dienen beide ouders naar evenredigheid van hun middelen te zorgen voor de huisvesting, het levensonderhoud, de gezondheid, het toezicht, de opvoeding, de opleiding en de ontplooiing van hun kinderen. Indien de opleiding niet voltooid is, loopt de verplichting door na de meerderjarigheid van het kind.

Er is echter niet altijd een onderhoudsbijdrage verschuldigd. Te denken valt aan de omstandigheid waarin een gelijkmatig verdeeld verblijf wordt gehanteerd en waarin beide ouders ongeveer hetzelfde verdienvermogen hebben. Toch is dit niet steeds het geval. Aangaande de alimentatiekwestie van bijvoorbeeld Kim Kardashian en Kanye ‘Ye’ West, is het zo dat het een misvatting is dat er bij een week-om-week-regeling geen onderhoudsbijdrage betaald moet worden. In dit geval hebben beide ouders immers een verschillend verdienvermogen, waardoor, om dezelfde levensstandaard van de kinderen bij beide ouders te kunnen garanderen, ook in geval van een gelijkmatig verdeeld verblijf, een onderhoudsbijdrage door de ene ouder aan de andere ouder betaald zal dienen te worden.

Relevante parameters voor de berekening van de onderhoudsbijdrage

De vraag is dan welke parameters bepalend zijn voor de begroting van de onderhoudsbijdrage.

Daarover stelt artikel 203, §2 van het oud Burgerlijk Wetboek dat met middelen onder andere alle beroepsinkomsten, roerende en onroerende inkomsten van de ouders, alsook alle voordelen en andere middelen die hun levensstandaard en deze van de kinderen waarborgen bedoeld worden.

Aldus zijn vooreerst het aantal gemeenschappelijke kinderen van belang alsook hun leeftijd. Daarnaast is de geleverde bijdrage in natura en aldus met name de toepasselijke verblijfsregeling (2/2/3; 9/5; 7/7; 2/12….) relevant. Daarenboven dient rekening te worden gehouden met de hoegrootheid van de kinderbijslag alsook met het nettoverdienvermogen van de ouders. Vervolgens wordt ook de woonkost van beide ouders in aanmerking genomen.

De moeilijkheid stelt zich evenwel op het volgende punt: de bepaling van het nettoverdienvermogen van ouders die hun beroepsactiviteit binnen één of meerdere vennootschappen uitoefenen.

De bepaling van het nettoverdienvermogen van een ondernemer als parameter

Het verdienvermogen wordt namelijk onder meer samengesteld door de opbrengsten uit beleggingen zoals huurinkomsten, obligaties en aandelen maar ook uit de inkomsten uit professionele activiteiten.

Wat die inkomsten betreft, kan er voor ondernemers, in tegenstelling tot werknemers, niet alleen gekeken worden naar loonfiches en het aanslagbiljet maar dient er daarenboven rekening te worden gehouden met de volledige vennootschapsstructuur.

Immers wordt er voor de begroting van het inkomen van een zelfstandige door de hoven en rechtbanken rekening gehouden met:

  • De inkomsten (zoals weergegeven op uw aanslagbiljet in de personenbelasting);
  • De reserves in uw vennootschap(pen). Zowel wat de managmentvennootschap, holdingvennootschap als de exploitatievennootschap betreft en dit in verhouding tot de aandelenstructuur;
  • Voordelen in natura die u ontvangt vanuit uw vennootschap(pen);

Wat de (potentiële) inkomsten uit vennootschappen betreft is het aldus belangrijk op de merken dat hoven en rechtbanken niet gehouden zijn door de fiscaal aangegeven of in rekening gebrachte inkomsten noch door de boekhoudkundige of vennootschapsrechtelijke constructies die een partij heeft opgezet maar dat er daarenboven rekening kan en zal worden gehouden met de bedrijfswinst in de vennootschappen en dit in principe ongeacht of er dividenden daadwerkelijk worden uitgekeerd dan wel winsten worden gereserveerd.

Ongeacht of u de winsten uitkeert als dividenden of niet, zal de familierechter deze bedragen zonder relevante tegenargumenten zonder meer opnemen in de berekening. De familierechter houdt immers niet enkel rekening met de werkelijke inkomsten van de ondernemende ouder doch ook met het “verdienvermogen”.

Het is dan ook van belang dat een ondernemer de nodige tegenargumenten biedt aan de familierechter en de familierechter met name voldoende kader en context biedt bij de vennootschapsstructuur.

In die zin kan bijvoorbeeld zinvol beargumenteerd worden dat winsten niet kunnen worden weerhouden doordat deze nooit eerder uitgekeerd werden en deze gelet op investeringen in de toekomst gereserveerd dienen te worden omwille van de grote ondernemingsrisico’s die hier onvermijdelijk mee gepaard gaan. Ook kunnen reserves binnen de holdingvennootschap bijvoorbeeld bewust aangelegd worden om verliezen binnen de exploitatievennootschap op te vangen enzovoort…

Een ander – en zeer actueel – argument is de huidige energiecrisis en het huidig grillig economisch klimaat waardoor de nodige financiële reserves dienen te worden aangelegd zodat uitzonderlijke kosten kunnen worden voldaan en de onderneming cashflow-matig niet in de problemen komt.

Juist omdat reserves, die niet uitgekeerd werden, vanzelfsprekend een invloed hebben op de levensstandaard van de ondernemers en hun kinderen, is het dan ook uitermate belangrijk om hierbij het nodige kader te schetsen, in het kader van een procedure voor de familierechtbank, dan wel in het kader van onderhandelingen, bij gebreke waaraan de ondernemer hierop afgerekend kan worden.

Gelet op de noodzaak om zo een kader te bieden, is het zinvol om gespecialiseerd advies in te winnen.

Mocht u hierover verdere vragen of bemerkingen hebben, kan u ons kantoor steeds contacteren.

Auteur

Julie Borms

Advocaat, Vennoot

 

      

LAAT ONS U HELPEN

Heeft u vragen over (internationale) echtscheiding, erfenis of familierecht? Keyser advocaten behandelt onder meer echtscheidingen en zaken die gaan over alimentatie, erfrecht en afstamming. Contacteer ons advocatenkantoor in Antwerpen voor een consultatie met advocaten gespecialiseerd in familierecht en familiaal vermogensrecht, in zowel binnen- als buitenland.

Gerelateerde artikelen

Wij streven ernaar om de cliënt zoveel als mogelijk te ontzorgen en een dienstverlening te bieden die zijn verwachtingen overstijgt.

VIND ONS
Amerikalei 187
2000 Antwerpen